Herman van Genderen

Herman van Genderen

In deze column wordt steeds een bioloog besproken die ook schrijver is. Deze keer: Herman van Genderen In een Natator over “gif” kan deze column alleen maar gaan over Herman van Genderen, de grootvader van de Nederlandse toxicologie. Toxicologie is in Nederland een flink uit de kluiten gewassen vakgebied, met een actieve beroepsvereniging en een post-doctorale…

Jelle Reumer

Jelle Reumer

In deze serie, die verschijnt in het blad Natator van Gyrinus natans, studievereniging van de Vrije Universiteit, wordt steeds een bioloog besproken die ook schrijver is. Deze keer: Jelle Reumer Jelle Reumer is een Nederlandse bioloog met verstand van evolutie, paleontologie, zoölogie en nog een heleboel meer, die een indrukwekkend aantal boeken en columns geschreven…

Kenneth Grahame

Kenneth Grahame

In deze serie wordt steeds een bioloog besproken die ook schrijver is. Deze keer: Kenneth Grahame Veel mensen kennen “De wind in de wilgen”. Het is een van de klassiekers onder de kinderboeken, tegelijkertijd een literair meesterwerk. Mol is op een mooie voorjaarsochtend zijn huis aan het schoonmaken, eerst met bezems, dan met stofdoeken, klimmend…

Maarten Frankenhuis

Maarten Frankenhuis

Emeritus professor Maarten Frankenhuis studeerde in Utrecht af als veterinair, maar is toch, vanwege zijn brede belangstelling en uitgebreide kennis van het dierenrijk te zien als een echte bioloog, een schrijvende bioloog bovendien die een plek verdient in deze reeks columns. Frankenhuis was jarenlang directeur van Artis en in die hoedanigheid heb ik hem verschillende…

Desmond Morris

Desmond Morris

Als je vijftig jaar na het verschijnen van “ The Naked Ape” gevraagd wordt om een column te schrijven in een Natator die geheel gewijd is aan het thema voortplanting dan kun je niet anders dan uitkomen bij Desmond Morris. Het is een wonder dat ik in deze rubriek nog niet eerder over hem geschreven…

Francis Collins

Francis Collins

In een Natator over genetica past een schrijvende bioloog die geneticus is. Ik kwam uit bij Francis Collins, weliswaar geen schrijver van romans, maar wel schrijver van zo’n persoonlijk verhaal dat hij vrijwel voor een romanschrijver door kan gaan. Francis Collins is het hoofd van de National Institutes of Health (NIH), het grootste biomedische onderzoeksinstituut…

Adriaan Reinecke

Adriaan Reinecke

De Zuid-Afrikaan Adriaan Reinecke is zoöloog, docent aan de Universiteit van Stellenbosch, die regenwormen onderzoekt en kijkt naar de effecten van bodemverontreiniging. Zo kende ik hem lange tijd uit de literatuur en kwam ik hem vaak tegen op congressen. Hij heeft zelfs een tijdje op mijn afdeling gebivakkeerd en mijn collega heeft met hem gepubliceerd…

Guido Gezelle

Guido Gezelle

Hoe is het mogelijk, nadat ik nu al elf van deze stukjes over schrijver-biologen gemaakt heb, en dat ik nog nooit een column heb geschreven over Guido Gezelle? Gezelle is bij de biologen van de VU natuurlijk bekend vanwege de naam van de faculteitsvereniging Gyrinus natans, die komt uit zijn gedicht “Het schrijverke”. De eerste…

Drs. P

Drs. P

Natuurlijk betrof het métier van Heinz Polzer niet de biologie, maar hij heeft zo leuk over het menselijk lichaam geschreven dat hij in deze serie een plaats verdient. Er is nog een reden om aandacht aan hem te besteden: in november kwam – postuum – een nieuwe bloemlezing uit: “Troika hier, troika daar. Het allermooiste…

Stephen J. Gould

Stephen J. Gould

Ik ben een mateloos bewonderaar van de Amerikaanse evolutiebioloog Stephen Jay Gould. Het is jammer dat ik hem nooit persoonlijk ontmoet heb. Mijn collega Steph Menken, hoogleraar evolutiebiologie aan de UvA, heeft hem een keer gesproken bij een bezoek aan Nederland en vertelde me dat het een nogal onuitstaanbaar personage was. Je ziet dat vaak…

Leo Vroman

Leo Vroman

Leo Vroman was een bioloog, tegenwoordig zou je zeggen biomedische wetenschapper, die onderzoek deed aan de bloedstolling. Hij verwonderde zich over de enorme complexiteit van het stollingsproces en beschreef het Vroman-effect: het verschijnsel dat bloedserumeiwitten zich in een bepaalde volgorde aan een oppervlak hechten: eerst de meest mobiele, vervolgens de eiwitten die minder mobiel zijn…