De bodem is … Lady Bountiful
Bij lezingen mag ik graag hoog opgeven van de enorme biologische rijkdom van de bodem. Met moderne DNA-technieken zijn we in staat een groot aantal onbekende microben aan te tonen die bovendien nog allerlei nieuwe eigenschappen blijken te hebben. Bij grootschalige inventarisaties van het metagenoom van de bodem vindt men aan de lopende band nieuwe bacteriesoorten en de microbiologen zijn er van overtuigd dat we het merendeel van de organismen nog niet eens kennen.
Iedereen weet dat één van de meest heilzame chemische verbindingen die ooit in de natuur ontdekt is, penicilline, afkomstig is van een bodemschimmel. Ongetwijfeld liggen er nog vele onbekende en nuttige producten op ons te wachten om ontdekt te worden in het metagenoom van de bodem. De bodem wordt daarom wel vergeleken met Lady Bountiful, een dame afkomstig uit een stripverhaal van de Amerikaanse tekenaar Gene Carr die dit personage introduceerde aan het begin van de 20e eeuw. Lady Bountiful was een weldoenster die het als haar taak zag om arme kinderen van immigrantenfamilies te helpen. Ze nodigde die kinderen bij haar thuis uit en overlaadde hen met cadeautjes. Maar is de bodem wel te vergelijken met Lady Bountiful? Ik heb aan den lijve ondervonden dat niet al haar cadeautjes even plezierig zijn. In de bodem huizen ook talloze parasieten, pathogenen en vergif.
Lang geleden was ik eens aan het monsteren op het voormalige mijngebied Plombières, in België, waar de bodem zwaar vervuild is met lood en andere metalen. Op die plaats is het bodemleven zoals je kunt vermoeden, helemaal aangepast aan verontreiniging. Onze aandacht gaat uit naar een groep metaaltolerante bodemdieren, de springstaarten. Om springstaarten te monsteren pak je een pluk bladeren van de grond en schud het strooisel uit in een zeef, boven een witte bak waar je het kleine grut gemakkelijk op kunt zien lopen. Nu groeien er op het terrein ook nogal wat bramen en bij het monsteren haalde ik de rug van mijn hand open aan de stekels.
Een paar dagen later vormde zich een rode kring om het wondje, dat erg jeukte zodat ik er continu aan krabde. Ik vermoed dat het ding dat op mijn hand zat daar een bedoeling mee had, want door te krabben haalde ik steeds mijn huid open en kon hij in mijn bloed komen. Na enkele weken kreeg ik over mijn hele lichaam een rode uitslag. Het begon midden op mijn borst maar breidde zich spoedig over alles wat niet bedekt was met kleren. Het gejeuk was haast niet uit te houden.
De dokter wist er geen raad mee en schreef een of andere zalf voor, maar daar werd het alleen maar erger van. Na een tijdje kwam hij op het idee dat het een schimmel kon zijn. De antischimmelpillen die ik toen kreeg hielpen meteen en zo heb ik het kreng eronder gekregen. Maar bij koud en vochtig weer zoals in de herfst en de winter komt de schimmel alsnog tevoorschijn, waarschijnlijk vanuit sporen die nog steeds in mijn lichaam zitten. Met de poederdoos moet ik hem dan weer bedwingen. Ik neem aan dat ik er niet echt meer van af kom.
Dit waargebeurde verhaal laat zien dat de bodem ook allerlei minder heilzame verassingen in petto heeft. De cadeautjes van Lady Bountiful moeten zorgvuldig uitgepakt worden.