Broedermoord

Bij de barbaarse aanval van Hamas op Israël moest ik terugdenken aan mijn colleges populatiegenetica op de VU. Ik besprak daarin altijd een onderzoek waaruit blijkt dat de verschillen tussen Joden en Palestijnen in genetisch opzicht verwaarloosbaar klein zijn. Ik leerde de studenten hoe ze de genetische afstand tussen twee populaties kunnen uitrekenen. Als die afstand nul is hebben ze precies dezelfde genetische samenstelling en bij een afstand gelijk aan 1 verschillen ze in alle opzichten.

Biologen hebben gekeken naar drie verschillende Joodse bevolkingsgroepen, Askhenazi, Sephardi’s en Yemenieten. Deze groepen werden vergeleken met Palestijnen, Syriërs, Libanezen, Saoedi’s en Ethiopiërs. Hieruit blijkt heel duidelijk dat Palestijnen veel nauwer verwant zijn aan de Israëlische joden dan aan hun moslimbroeders uit Saoedi-Arabië of Ethiopië.

Als je kijkt naar het Y-chromosoom, dat alleen voorkomt bij mannen en dus een directe afstammingslijn vertegenwoordigt, zie je dat 70% van de Joden en 82% van de Palestijnen hetzelfde type heeft. Dit type Y-chromosoom gaat terug op de tijd dat in het Midden-Oosten de landbouw uitgevonden werd; het is nogal verschillend van het Europese type. Dus de Palestijnen zijn in genetisch opzicht haast niet te onderscheiden van de Israëliërs en ze hebben een gemeenschappelijke bloedlijn die vele duizenden jaren oud is. Biologisch gezien was de aanval van Hamas een broedermoord en ook de acties van het Israëlische leger zijn dat.

Maar biologische overeenkomst is geen garantie voor vredig samenleven. Het lijkt eerder andersom te zijn: hoe nauwer de genetische relatie tussen twee volkeren, des te groter is de kans dat ze elkaar de hersens in slaan. Dat geldt in ieder geval voor de Hutu’s en de Tutsi’s in Rwanda en Burundi, die in het jaar 1994 elkaar op zo’n wrede manier te lijf gingen dat bijna een miljoen mensen de dood vonden. In 1972 deden ze dat ook al trouwens.

Ook als je kijkt naar de burgeroorlog in voormalig Joegoslavië valt op dat mensen die voorheen elkaars buren waren daarna opeens elkaars vijanden werden. De moslims in Bosnië zijn helemaal niet verwant aan hun moslimbroeders in Turkije, ze zijn veel meer verwant aan de Kroaten en Serviërs waarmee ze een oorlog uitvochten. Bosniërs zijn feitelijk Kroaten en Serviërs die zich bekeerden tot de Islam na de invasie van de Turken in de 15e eeuw.

Ook de Azeri’s en Armeniërs zijn nauw verwant. Het zijn beide Kaukasische volkeren. De etnische zuivering van Nagorno-Karabach komt voort uit politiek-culturele verschillen, niet uit biologische. Wel hebben de Azeri’s een vrij sterke genetische component vanuit Iran en de Armeniërs meer uit Europa. Interessant is dat de huidige Azeri’s zich verwant voelen aan Turken, maar dat is alleen vanwege de taal. In biologisch opzicht zijn ze meer verwant aan Iraniërs.

Kijkend naar de erfelijke verwantschap van alle volkeren ter wereld is het enige principe dat overeind blijft staan: genetische verschillen nemen toe met de afstand. Als je verder van elkaar woont is de kans dat je genetisch verschilt groter. Je moet de afstand wel meten volgens de route waarlangs de mens gemigreerd is, lang geleden. De afstand tussen Europa en Afrika moet je meten via het Midden-Oosten. Het grootst is de afstand tussen Afrika en Zuid-Amerika, want die moet je meten via het Midden-Oosten, Azië, de Beringstraat, Canada en Midden Amerika.

Dus als een Zuid-Afrikaan zich niet thuis voelt bij een Vuurlander kun je dat vanuit biologisch oogpunt nog begrijpen, want die volkeren verschillen behoorlijk van elkaar. Maar volkeren die naast elkaar wonen zoals Joden en Palestijnen, Serviërs en Bosniërs, Hutu’s en Tutsi’s, Azeri’s en Armeniërs, zouden zich tot elkaar aangetrokken moeten voelen vanwege hun biologische overeenkomsten.

Het zou goed zijn als de mensen wat beter naar hun biologie keken in de omgang met hun buren.