Die zit erin

Merena is bij mij naar binnen gegaan en ik ben er blij mee. Ik ben blij voor mezelf maar ook voor alle anderen die smachten naar openstelling van het openbaar leven, de theaters en musea. Naarmate meer mensen zich laten vaccineren zijn we daar eerder aan toe. De vaccinatieweigeraars moeten dat fijne gevoel ontberen, ze blijven zitten met hun wantrouwen en hun ergernis. Mijn advies is: als je je niet wilt laten inenten en het beter denkt te weten dan de hele medische stand, moet je dat zelf weten, maar schreeuw het niet van de daken want dan kun je er zonder gezichtsverlies niet meer op terugkomen. En maak er geen ideologisch of politiek onderwerp van, het is gewoon een kwestie van nuchtere medische wetenschap en een paar getalletjes.

Ik vond het fijn dat ik Merena kreeg omdat ik een speciale band met haar heb. In december vorig jaar begon het tot me door te dringen hoe ontzettend slim het Comirnaty-vaccin van BioNTech-Pfizer in elkaar zit. Ik heb toen de werking proberen uit te leggen in een column, die in de krant verscheen op 8 januari en later op Facebook en LinkedIn. Ik had het stukje “Merena le Vaccin” gedoopt, een woordspeling op messenger RNA, het biologisch molecuul dat in het vaccin zit. Het is maar één mRNA-molecuul, een sliert van 4284 kralen van vier verschillende kleuren, dat is alles. Het geheim zit in de volgorde van die kleuren. Die is zo uitgekiend dat je immuniteit tegen het coronavirus opbouwt als het molecuul in je lichaam komt. Het is een zeer geavanceerd staaltje van moderne biotechnologie, dat teruggrijpt op pionierswerk van de Hongaarse biochemicus Katalin Karikó. Zij kwam op het idee om mRNA te gebruiken voor kankerbestrijding en immuuntherapie. Deze dame, nu werkzaam in Duitsland bij BioNTech, gaat hopelijk straks de Nobelprijs krijgen voor haar baanbrekende werk.

Nu had ik in mijn column erg veel moeite gedaan om het verhaal van Merena zo te maken dat elk detail klopte. Alles wat er staat komt overeen met een bepaalde stap in de werking van het vaccin. Hoe Merena de cel binnenkomt, hoe ze voorkomt dat ze gelijk afgebroken wordt, hoe ze de instructies geeft aan de cel om een stekeleiwit van het virus te maken, hoe dat eiwit aan de buitenkant van de cel terecht komt, zodat het gezien wordt door het afweersysteem, dat alles had ik in een verhaaltje gegoten: de avonturen van Merena le Vaccin.

Ik kreeg wel een paar mooie reacties, maar toch sloeg het niet aan. Zelfs de hoofdredacteur van deze krant kon het niet volgen. Hoe komt dat, vroeg ik me af. Die hoofdredacteur is niet dom. De reden is natuurlijk dat het geen eenvoudig verhaal is. Het gaat verder dan eerstejaars biologie. Ik mag niet verwachten dat iedereen begrijpt hoe de moleculaire biologie werkt als je daar eerst drie jaar voor moet studeren. Mijn verhaal over Merena was leuk voor mensen die al begrijpen hoe het werkt. De biologen konden erom glimlachen: wat een grappige en rake vergelijkingen! Maar als je niet weet hoe de biologie werkt heb je er niets aan als iemand datzelfde ingewikkelde verhaal vertelt in andere woorden. In plaats van het eenvoudiger te maken maakte ik het ingewikkelder door allerlei beelden te gebruiken. Het mRNA was een vrouw met een lange jurk, het stekeleiwit was een schoorsteen op het dak, de immuuncellen waren vliegende ruiters, enzovoorts. Maar het verhaal bleef ingewikkeld.

Daarom doe ik in deze column een nieuwe poging: Merena maakt u weerbaar. Als ze haar werk gedaan heeft krijgt het virus bij u geen kans. Bij mij zit ze erin en ik ben blij met haar, ik hoop u ook.