Vredesweek
Afgelopen week was het weer de internationale vredesweek, georganiseerd door PAX, het voormalige IKV-Pax Christi. Maar de casus pacis lijkt uitzichtloos. De week werd afgesloten met intensieve Russische bombardementen op Oekraïense steden. Bij de algemene beschouwingen in de Tweede Kamer was er geen enkele partij die vragen stelde bij de verhoging van het defensiebudget naar het door de NAVO gewenste niveau. Iedereen is het eens met de levering van meer en meer wapens aan Oekraïne, zelfs de partijen die voortkomen uit een pacifistische traditie. Niemand durft een demonstratie tegen de oorlog in Oekraïne te organiseren. Niemand plaatst kanttekeningen bij het verdienmodel van het militair-industrieel complex. In plaats daarvan maakt men zich druk om de benzineprijs. En intussen wordt bezuinigd op ontwikkelingssamenwerking. In welke wereld zijn we beland?
Tegen deze achtergrond vierde PAX haar 75-jarig bestaan. Pax Christi Nederland werd in 1948 opgericht door een groep katholieken, die na de Tweede Wereldoorlog nooit meer oorlog wilden. Vanaf 2004 werd samengewerkt met het Interkerkelijk Vredesberaad. IKV-Pax Christi werd erg bekend door de organisatie van massale demonstraties tegen kernwapens in de jaren 80, aangevuurd door vredesactivist Mient-Jan Faber.
PAX vierde het jubileum met o.a. een bijeenkomst in de Domkerk in Utrecht. Behalve inspirerende toespraken, o.a. door emeritus-bisschop Van Luyn, was er de uitreiking van de vredesprijzen. Elk jaar reikt PAX tijdens de Vredesweek duiven uit aan mensen die hun nek uitsteken: door directe hulp te bieden, door het schrijven van stukken, in de politiek of door actie te voeren. Het idee is dat mensen in het land geïnspireerd worden door bijzondere vredesinitiatieven en -activisten te huldigen.
De prijzen waren voor Bureau Burgerberaad, mensenrechtenvoorvechter Mpanzu Bamenga, “scheppingsactivist” Rozemarijn van ’t Einde en Sahar Shirzad, oprichter van het collectief Azadi, dat actievoert tegen de vrouwenonderdrukking door de onmenselijke regimes in Afghanistan en Iran. PAX is ervan overtuigd dat vrede in de wereld bevorderd kan worden door individuen of collectieven die in hun directe omgeving actievoeren. Het idee is dat zulke voorvechters een inspiratie vormen voor veel andere mensen en zo de maatschappij ten goede kunnen doen kantelen. Bij mij rees de vraag hoe effectief dat is. Kunnen individuele acties zulke effecten hebben? Moet je niet eerder denken aan massale demonstraties, zoals tegen de kernwapens in de jaren tachtig, of aan internationale politieke druk, zoals ook Europarlementariër Tineke Strik betoogde tijdens het PAX-evenement?
Maar ik werd op mijn wenken bediend toen ik het verhaal aanhoorde van Mpanzu Bamenga. Hij was in 2018 met het vliegtuig op weg van Rome naar Nederland en werd bij aankomst in Eindhoven door de marechaussee staande gehouden. Men was op zoek naar criminelen, werd gezegd. Toen hij om zich heen keek zag hij dat nog meer mensen staande gehouden werden en het waren allemaal mensen met zwarte huidskleur, zoals hijzelf.
Bamenga, afkomstig uit Zaïre, voormalig asielzoeker die lange tijd zonder papieren wist te overleven in Nederland, zette zich al jaren in voor mensenrechten, vluchtelingen en diversiteit, onder andere als oprichter en directeur van Human Rights Initiatives. Het voorval in Eindhoven trof hem zo dat hij samen met Amnesty International en andere organisaties een rechtszaak aanspande tegen de Staat der Nederlanden wegens discriminatie en schending van mensenrechten. Dat leidde in februari 2023 tot een overwinning: het Gerechtshof bepaalde dat de marechaussee niet langer etnisch mag profileren. De Staat ging vervolgens niet in cassatie en gaf daarmee aan dat Bamenga gelijk had.
De jury voor de PAX-prijzen was diep onder de indruk en roemde Bamenga’s moed en doorzettingsvermogen. Hij had in zijn eentje voor elkaar gekregen dat er iets kantelde. Het is wel degelijk mogelijk om door individuele acties iets voor elkaar te krijgen. Ik vond dat hoopgevend. Nu ik nog.