Waarom is niet iedereen maagd
Deze week ben ik begonnen aan mijn volgende HOVO-cursus (voor 50+), die dit keer gaat over de evolutie van seksualiteit in het dierenrijk. Nooit te oud om te leren denk ik maar, ook niet over dit onderwerp.
Een fascinerend onderdeel van de cursus is het verschijnsel maagdelijke voortplanting, met een duur woord parthenogenese, afgeleid van het Griekse woord voor maagd (parthenos). Veel dieren, met name insecten, mijten, maar ook wormen en pissebedden, planten zich voort zonder dat er een mannetje aan te pas komt. De vrouwtjes blijven maagd en leggen eieren waaruit alleen maar vrouwelijke jongen komen. In sommige gevallen wisselen maagdelijke en seksuele generaties elkaar af en er zijn ook soorten die normaal gesproken volledig vrouwelijk zijn en alleen mannetjes produceren als er tekort voedsel is. Of er zijn mannetjes in heel lage aantallen die rondlopen zonder functie en geen jongen krijgen. In andere gevallen wordt de maagdelijke voortplanting opgelegd door een bacteriële parasiet. Kortom, het is weelde aan biologische verschijnselen waar biologen van smullen.
Maar de grote vraag is, en daar gaat mijn cursus over: als maagdelijke voortplanting zo vaak voorkomt, als talloze diersoorten die truc onder de knie hebben, waarom zijn dan niet alle dieren parthenogenetisch geworden? Namelijk, als je de mannen afschaft kan de bevolking twee keer zo hard groeien. Als een maagd twee dochters krijgt, kunnen die beiden ook twee dochters krijgen zodat je na twee generaties al op vier individuen zit. Bij een seksuele moeder is een van de twee nakomelingen man en die man is nodig voor de bevruchting van de vrouw, die twee nakomelingen krijgt. Dus bij de seksuele vrouw blijft twee gelijk aan twee en bij de maagdelijke vrouw wordt twee vier. Het probleem zit in de mannen. Het zou het ultieme ideaal van het feminisme kunnen zijn: geen mannen meer.
Maar bij de mens komt het niet voor, althans, we denken van niet, afgezien van Maria. Toch zijn er ook in de moderne tijd vrouwen die beweren dat ze zwanger zijn geworden zonder seks. Genetisch onderzoek heeft dat echter niet kunnen bevestigen. Er zijn wel gevallen van vruchten die zonder verwekking door een man ontstaan zijn, maar die worden dan veroorzaakt door tumoren van het ovarium. Ook komt het in zeldzame gevallen voor dat een kind bestaat uit twee verschillende groepen cellen, een groep die via een normale bevruchting tot stand is gekomen en een andere groep die door groei van een onbevruchte tweede eicel in het embryo terecht is gekomen. Deze kinderen hebben meestal lichamelijke afwijkingen. Toch valt niet volledig uit te sluiten dat parthenogenese ook bij de mens heel zeldzaam voorkomt. Om dat te weten zou je van miljoenen gezonde baby’s het DNA moeten bekijken en vergelijken met dat van de moeder. En dan nog verwacht je dat een vrouw op deze manier alleen dochters kan krijgen. De situatie van Maria die maagdelijk een zoon kreeg, valt onder de wonderen, er is geen biologische verklaring voor.
Behalve vrouwelijke maagdelijke voortplanting kennen we in de biologie ook mannelijke maagdelijke voortplanting; men noemt het androgenese. Maar het is uiterst zeldzaam. Het komt voor zover ik weet alleen voor bij sommige mieren. En androgenese lukt niet zonder vrouwen; vrouwen blijven nodig om een eicel te leveren. Na de bevruchting wordt het erfelijk materiaal van de moeder vernietigd, zodat de nakomeling een kopie is van de vader. Dat is heel anders dan bij vrouwelijke maagdelijke voortplanting, want daar komen in het geheel geen mannen aan te pas.
Blijft nog de vraag waarom niet alle dieren maagd zijn, als dat zoveel voordelen heeft (twee keer zo snelle groei!). Daar valt veel over te zeggen. Er zijn hele boekenkasten vol over geschreven. Om daar meer over te weten moet u naar mijn cursus komen.