Het smakelijkste vergif
Een tijdje geleden heb ik mijn HOVO-cursus “Wat is vergif” nog een keer gegeven. Eerst gaf ik hem in Amsterdam, nu in Leiden. In de cursus behandel ik een hele serie vergiften, van botuline-toxine tot PFAS, van bestrijdingsmiddelen tot voedseladditieven, zware metalen en dioxines. Toxicologie, de leer van vergiften, is een heerlijk vak om te geven omdat er zoveel historische anekdotes bij te vertellen zijn: wrede moorden door de Russische geheime dienst, zoals op de dissident Alexander Litvinenko in 2006 die werd vergiftigd met polonium, de aanslag met het zenuwgif sarin in de Japanse metro in 1995, de moord op de Bulgaarse dissident Georgi Markov die in 1978 op Waterloo Bridge in Londen werd vergiftigd met ricine, in een capsule afgeschoten vanuit een paraplu en de moord op King Jong-nam, de broer van de Noord-Koreaanse president die in 2017 vermoord werd met het zenuwgif VX op het vliegveld van Kuala Lumpur.
Toxicologen verafschuwen natuurlijk het gebruik van gif om mensen te vermoorden, maar ze proberen er ook van te leren. Welke dosis werd gebruikt en welke verschijnselen waren het eerst te zien? Dat geeft houvast bij het herkennen van vergiftigingen en het formuleren van risico’s. Daarom spaar ik zulke gevallen. Maar het leukste zijn de vergiftigingen in de literatuur. In boeken, toneelstukken, films en televisieseries wordt ook heel wat vergif gebruikt. Ik leg dan de cursisten de vraag voor of het toxicologisch hout snijdt. Is er inderdaad sprake van een vergif waar mensen aan kunnen overlijden, is de toediening en de dosis in overeenstemming met wat we weten over de werkzaamheid van een vergif?
In de televisieserie Medea (met Katja Schuurman en Thijs Römer) vermoordt Medea haar twee kleine kinderen en zichzelf met een vloeistof uit een flesje. Daarop is voor de goede kijker nog net te zien dat er “tetrodotoxine” op staat, inderdaad een zeer zwaar vergif, al zal het niet snel als vloeistof in een flesje beschikbaar zijn. In de film “Arsenicum en oude kant” neemt Mortimer Brewster, op bezoek bij zijn twee tantes, een slokje wijn waar de tantes een hoeveelheid strychnine aan toegevoegd hebben. Mortimer overleeft het maar je kunt uitrekenen dat als hij het hele glas had opgedronken, hij in levensgevaar was geweest. Het is misschien een afwijking, maar ik vind het leuk om uit te zoeken of een vergiftiging in een boek of een film toxicologisch hout snijdt. Ik heb nu een stuk of tien van zulk soort voorbeelden verzameld die ik gebruik bij de colleges toxicologie.
Bij de laatste cursus in Leiden wees een cursist me op een boek van Noah Whiteman met de titel “Most Delicious Poison” (“Het smakelijkste vergif” – maar het is voor zover ik weet niet in het Nederlands vertaald). De titel slaat op een scene uit het toneelstuk van Shakespeare “Antony and Cleopatra”. De jonge Romeinse generaal Marcus Antonius is hopeloos verliefd op de wonderschone Egyptische koningin Cleopatra, maar om allerlei redenen is hij vaak weg terwijl Cleopatra smachtend op hem wacht. Cleopatra roept daarom haar bediende Charmian en vraagt haar om wat mandragora-drank te brengen, “het smakelijkste vergif”. Mandragora of alruin is een plant waarvan de wortel een sterk zenuwgif bevat dat bij matige dosering rustgevend is en hallucinogeen. Daarmee hoopt Cleopatra rust te vinden. Maar een hoge dosering is dodelijk. Het was in de Middeleeuwen bekend als “heksengif” en er werden magische krachten aan toegekend. Cleopatra gaat overigens niet dood aan de mandragora maar laat zich later doodbijten door een slang.
Ik heb dit voorbeeld toegevoegd aan mijn rijtje beroemde vergiftigingen. Zo kan het geven van een cursus niet alleen de cursisten verrijken met nieuwe kennis, maar ook de docent.
