Evolutie van zandwormen
Ik was gebiologeerd door de zandwormen in de film Dune: Part Two. Het zijn enorme dieren die leven in de woestijn van de planeet Arrakis. Ze kunnen zich met hoge snelheid voortbewegen, grotendeels onder de grond, door de eindeloze zandduinen. Ze hebben zich kennelijk heel goed aangepast aan het leven in een droog en voedselarm milieu.
Uit de film is het mij niet duidelijk geworden hoe de zandwormen zo snel vooruitkomen. Ze hebben geen poten voor zover ik kon zien. Slangen kunnen ook razendsnel bewegen zonder poten, maar dat doen ze door met hun lichaam te kronkelen. Maar de zandwormen heb ik niet zien kronkelen. Misschien doen ze dat onder de grond? Misschien zetten ze zich af met hun lange lichaam, terwijl de kop boven de grond uitsteekt, zoals een ringslang door het water zwemt. Maar de voortbeweging van de zandwormen zag er meer uit als een hogesnelheidstrein die door het zand stuift. Het woestijnvolk, de Vrijmans die op Arrakis leven, maken daarvan gebruik om zich heel snel te verplaatsen. Ze haken zich met een anker vast op de rug van een zandworm en laten zich meevoeren. Het is een gevaarlijke operatie want de zandwormen zijn heel groot en deinzen er niet voor terug om een heel regiment soldaten met een paar happen op te vreten.
En dan die tanden, waar lijkt dat op? De zandwormen hebben een ronde mond, rondom bezet met veel scherpe tanden. Het deed me denken aan de bek van een zeeprik. Dat zijn parasieten die zich vastzuigen aan de huid of de kieuwen van een grote vis. Ze sabbelen dan het weefsel van de vis naar binnen. Ze worden ook wel “rondmondigen” (Cyclostomata) genoemd. Volgens mij moeten de zandwormen in Dune verwant zijn aan deze prikken, behalve dat prikken geen wormen zijn, dus de benaming zandworm is niet helemaal correct. Ze zouden zandprik moeten heten.
Voor zover ik kon zien hebben de zandwormen geen ogen. Hun kop bestaat alleen maar uit een mond, als de voorkant van een stofzuigerslang. Het lijkt me dat ze een grote hoeveelheid zand inslikken als ze zich voortbewegen, maar of het zand door hun lichaam gaat vraag ik me af. Ik denk dat ze bij een snelle voortbeweging hun kop boven de grond moeten houden om te voorkomen dat hun darmen vollopen met zand. Ze halen niet zoals regenwormen hun voeding uit de bodem denk ik, het zijn roofdieren die leven van prooien die ze bovengronds vangen.
In de film zie je hoe een oppasser een jonge zandworm uit een zandbak haalt om een hoeveelheid specie van hem af te nemen. Dat is een blauwe vloeistof, een soort heilig water waar de Vrijmans verslaafd aan zijn. Na de afname houdt de oppasser de zandworm onder water waardoor de worm na veel gespartel doodgaat. Zandwormen zijn kennelijk zo aangepast aan het leven in het zand dat water voor hen dodelijk is. Dat is logisch en zie je wel vaker in de evolutie: extreme aanpassingen gaan gepaard met specialisatie.
Maar het meest opvallende van de zandwormen is natuurlijk hun enorme grootte. Volwassen zandwormen kunnen tot 450 meter lang worden, wordt verteld. Dat is wel 15 keer zo groot als het grootste dier op aarde, de blauwe vinvis. Kunnen zulke grote dieren bestaan? Op aarde zijn er geen wormachtige dieren die heel groot zijn. De grootste regenwormen, die voorkomen in Australië, kunnen groeien tot 3 meter. Maar in de woestijn is er een zeker voordeel om groot te zijn. Als je groot bent heb je een grote warmtecapaciteit en warm je niet snel op. Dat werkt natuurlijk alleen goed als je ook kunt afkoelen, maar dat zou onder de grond kunnen in het geval van de zandwormen. Kamelen doen dat door ’s-nachts hun lichaamstemperatuur te laten dalen. Het is ook mogelijk dat de zandwormen koudbloedig zijn en geen last hebben van de hitte aan het oppervlak van de woestijn. Het is de moeite waard om dit verder te onderzoeken.
Mijn conclusie is dat zandwormen verwant zijn aan zeeprikken, die het land gekoloniseerd hebben. Tijdens een miljoenen jaren durende evolutie op de planeet Arrakis hebben ze zich helemaal aangepast aan het woestijnklimaat. Ze zijn daarbij heel erg groot geworden, mede doordat ze geen enkele concurrentie van andere diersoorten hadden. En ze hebben een manier van voortbeweging ontwikkeld die hetzelfde is als die van zwemmende ringslangen op aarde, een duidelijk geval van convergente evolutie.